Vorige week is het H₂Watt-project officieel gestart. FME en MARIKO willen door middel van dit project de economieën aan beide zijden van de grens voorbereiden op de nieuwe eisen en mogelijkheden op gebied van waterstof. Ook willen zij de technologische ontwikkeling en kennisoverdracht op het gebied van de waterstofeconomie bevorderen. De Waddenzee-eilanden Ameland aan Nederlandse zijde en Borkum aan Duitse zijde dienen als eerste toepassingsgebieden. Onder leiding van FME in Groningen en MARIKO GmbH uit Leer (DLD) hebben tot nu toe tien Nederlandse en Duitse organisaties hun krachten gebundeld om dit te realiseren. Het doel van het consortium is het ontwikkelen van een intelligent energieverzorgingssysteem dat kan dienen als 'blauwdruk' voor grotere gebieden.

Optimale omstandigheden voor de productie van 'groene' waterstof

De natuurlijke omstandigheden in de Waddenzee zorgen voor optimale omstandigheden voor de productie van 'groene' waterstof, bijvoorbeeld met behulp van windenergie-, zonne- of getijcentrales. Het voordeel van de eilandlocaties is dat deze kunnen worden gezien als zelfvoorzienende systemen. "Dit project levert meerwaarde voor de waterstoftransitie die FME ondersteunt; een impuls voor het Noorden", aldus  Leo van der Burg, Business Development Manager bij FME.

"Wij zullen van de twee eilanden een echt laboratorium voor concrete waterstoftoepassingen maken."

"Wij zullen van de twee eilanden een echt laboratorium voor concrete waterstoftoepassingen maken", zegt Axel Held, van Nordseeheilbad Borkum GmbH, die het gebruik van waterstof als een veelbelovende mogelijkheid ziet om Borkum op weg te helpen naar een emissievrij eiland. Ook de eilandgemeenschap Ameland heeft deze claim. In de afgelopen jaren is hier intensief gewerkt aan het opwekken van duurzame energie. "Wij zijn op zoek naar geschikte technologieën om het overschot aan elektriciteit uit onze zonneparken, dat we niet kunnen terugleveren aan het net, tijdelijk op te slaan en later weer beschikbaar te stellen", meldt Luc van Tiggelen, van de Gemeente Ameland.

"Dit project levert meerwaarde voor de waterstoftransitie die FME ondersteunt."

Er ontstaan perspectieven voor het gebruik van waterstof in de sectoren huisvesting, weg- en spoorwegvervoer, scheepvaart, landbouw en industrie. De in ‘H₂Watt’ genoemde toepassingsgebieden zijn afgestemd op de lokale omstandigheden en randvoorwaarden van de twee Waddeneilanden. Een 'pilot-applicatie', waaraan in H₂Watt gewerkt gaat worden is de ombouw naar waterstof van de Borkumer Inselbahnen, verklaart Theodor Robbers van Borkumer Kleinbahn und Dampfschiffahrt GmbH, die via het Duits-Nederlandse consortium graag toegang krijgt tot grensoverschrijdende expertise.

Ameland: watertaxi op waterstof

Het eerste proefproject van de Amelanders bestaat uit de ombouw van een watertaxi met een brandstofcel op waterstof. Verdere toepassingsprojecten zijn in voorbereiding. De wetenschappelijke ondersteuning van ‘H₂Watt’ wordt verzorgd door de Hochschule Emden/Leer, die wordt vertegenwoordigd door zowel de afdeling Energietechnologie als de afdeling Maritieme Wetenschappen. De andere partners zijn Wagenborg Shipping B.V., Resato International B.V., abh Ingenieurtechnik GmbH, HyGro Technology B.V.

H₂Watt

H₂Watt kent een looptijd van twee jaar en heeft een projectbudget van 2,2 miljoen euro. Hiermee kunnen snel de eerste deelprojecten worden gestart, kan een grensoverschrijdend waterstofnetwerk worden gevormd en kan de basis worden gelegd voor een groot aantal technologieprojecten op de eilanden. Geïnteresseerde bedrijven worden van harte uitgenodigd om zich aan te sluiten bij het netwerk en gebruik te maken van het Hydrogen Real Laboratory Ameland/Borkum. Het project H₂Watt wordt in het kader van het INTERREG V A programma Deutschland-Nederland gecofinancierd met middelen van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), het Land Niedersachsen (Niedersächsischen Ministerium für Bundes- und Europaangelegenheiten und Regionale Entwicklung en de provincies Drenthe, Friesland en Groningen. Het project wordt begeleid door het programma-management INTERREG bij de Eems Dollard Regio (EDR).