Gebouwde omgeving: Technologie voor duurzame transitie en nieuwbouw
Veel mensen kunnen geen geschikte en/of betaalbare woning vinden. Naast transformatie van lege winkels en kantoren helpt hier maar één ding: snel veel woningen bouwen, opdat er in 2030 minimaal 1 miljoen duurzame woningen extra staan. Helaas zien we dat de bouwproductie sterk achterblijft.
De impasse in het stikstofdebat draagt bij aan de stilstand in de bouw en daarmee aan de problematiek ten aanzien van vergunningen en op de totale woningmarkt. We kunnen deze impasse doorbreken als we de technologische mogelijkheden en oplossingen van onze technologische industrie optimaal gebruiken. Met duurzame systemen voor onder meer klimaatregeling, energieopslag en warmtegebruik kunnen we onze gebouwde omgeving drastisch verduurzamen. Dat geldt voor bestaande bouw en bij nieuwbouw. Bij deze toepassingen van technologie zien we helaas dat de samenleving te vaak tegen implementatieproblemen aanloopt. Technologische oplossingen blijven onderbenut omdat beleidsmakers de mogelijkheden ervan onderschatten. Dat moet veranderen. Alleen dan kunnen we de grote transities van onze tijd tot een succes maken.
Onze prioriteiten:
1: Realiseer de doelstelling om 1 miljoen duurzame woningen te bouwen voor 2030
Bedrijven in de technologische industrie ontwikkelen en produceren oplossingen voor de gebouwde omgeving. FME vraagt meer actie van het kabinet en de politiek om de doelstelling van een miljoen woningen in 2030 te halen. Deze bouwopgave moet duurzaam gedaan worden door de Energieprestatie van Gebouwen (BENG) en de Milieu Prestatie Gebouwen (MPG) normen te combineren tot één aanpak die leidt tot ‘Meer dan Energie Neutrale Gebouwen’ (MENG). Ook moeten we in het kader van de groene transitie inzetten op circulair bouwen.
2: Organiseer een publiek-privaat interdepartementaal technologieoverleg
De gebouwde omgeving kenmerkt zich door veel relevante technologieën met een hoog innovatietempo. Tegelijkertijd zien wij grote uitdagingen voor beleidsmakers om op de hoogte te blijven van alle ontwikkelingen en de mogelijke beleids- of randvoorwaardelijke belemmeringen die opschaling of implementatie in de weg staan. Stel daarom een periodiek overleg in tussen ministeries en vertegenwoordigers uit alle technologische sectoren die actief in de gebouwde omgeving zijn.
3: Zorg voor meer energiebesparing in de gebouwde omgeving
Terecht gaat veel aandacht uit naar (hernieuwbare) energieopwekking in de gebouwde omgeving, maar we moeten ook efficiënter omgaan met energie. Hiervoor bieden onder andere slimme (led)verlichting, klimaatsystemen, warmtepompen, elektrische infrarood verwarming en energiebesparing door hergebruik van verwarmd water, uitkomst. Daarbij moet Nederland niet alleen kijken naar individuele oplossingen per woning, maar ook naar collectieve of wijkgebonden oplossingen. Dat kan door het toepassen van collectieve warmtepompen en het hergebruik van restwarmte uit bijvoorbeeld industriële processen.
4: Versnel de verduurzaming van de gebouwde omgeving met een slim stroomnet
De Nederlandse gebouwde omgeving heeft in de afgelopen jaren al flinke stappen in het verduurzamen gezet. Zonnepanelen, (hybride) warmtepompen en laadpalen nemen in aantal flink toe. Dit stelt ook flinke uitdagingen aan het laagspanningsnet. Door de inzet van slimme meetapparatuur in het laagspanningsnet kunnen afnemers de bestaande beschikbare netcapaciteit volledig benutten, in plaats van op het huidige gemiddelde van ongeveer 33%. De overheid zou bijvoorbeeld een nationale doelstelling moeten opleggen aan de netbeheerders om hierop te sturen.
5: Stimuleer waterbesparende technieken in het bouwbesluit
Het watersysteem loopt tegen zijn grenzen aan door verdroging, te snelle waterafvoer, verzilting en een toenemende watervraag door een groeiende bevolking en economie. In Zuid- en Oost-Nederland hebben de drinkwaterbedrijven nu al moeilijkheden met de leveringsplicht, dat belemmert nieuwbouwprojecten en vestiging van bedrijven. Daarnaast hanteert het kabinet als doelstelling dat bedrijven en inwoners 20% minder drinkwater gaan gebruiken. De veilige toepassing van circulair water (met name grijs- en regenwater) in huizen en gebouwen kan daarbij een belangrijke rol spelen.
6: Stimuleer en verbeter de vergunningverlening om te kunnen bouwen
Gemeenten en provincies moeten aangemoedigd en geholpen worden om betere of efficiëntere keuzes voor het aanwijzen van bouwlocaties te maken. Het Rijk kan hiervoor haar regierol verder uitbreiden. Daarnaast zou het kabinet de aanbevelingen over vergunningverlening uit het AT Osborne rapport over moeten nemen. Het is van groot belang dat er duidelijkheid en stabiliteit in het overheidsbeleid over wonen komt. Wanneer de vergunningsverlening voor bouwen voldoende gestimuleerd wordt, draagt dit direct bij aan het behalen van het doel van 1 miljoen woningen.
7: Zorg voor doelmatige bouwregelgeving voor energiebehoefte en energiegebruik voor grote en kleine woningen.
Bij kleinere en goed geïsoleerde woningen kan de huidige bouwregelgeving ervoor zorgen dat er te zware en moeilijk te realiseren centrale verwarmingsoplossingen voorgeschreven worden. Decentrale verwarmingsoplossingen die in de praktijk zijn bewezen als technisch haalbaar en energetisch gunstig, kunnen dan een oplossing bieden. Dat wordt nu door deze regelgeving gehinderd.
8: Voeg binnenklimaat prestatie-eisen toe aan de bouwregelgeving.
Bij het noodzakelijke verduurzamen en isoleren van gebouwen ligt het probleem van onvoldoende ventilatie en oververhitting op de loer. Verduurzaming mag niet ten koste gaan van onze gezondheid. Bouwregelgeving moet daarom ook bijdragen aan het realiseren van een gezond binnenklimaat. Voeg daarom binnenklimaat prestatie-eisen toe aan bouwregelgeving. De sector heeft hiervoor vrij toegankelijke, pragmatische en bewezen effectieve richtlijnen zoals het Programma van Eisen (PvE) opgesteld voor gezonde scholen, kantoren, woningen en zorginstellingen.
Marktsegmenten
In verschillende marktsegmenten willen we belemmeringen voor onze leden wegnemen. Bedrijven die een bijdrage willen leveren aan maatschappelijke uitdagingen van deze tijd moeten alle ruimte hebben om te ondernemen. Denk daarbij aan mobiliteit, verduurzaming, defensie en veiligheid, een duurzame voedselketen en innovaties in de zorg.